Toen Georges Favre-Jacot 22 jaar oud was, begon hij horloges te produceren onder zijn eigen naam. Hij deed dit in een aantal kleine werkplaatsen. Na het zien de successen van de grote Amerikaanse horlogeproducenten die met behulp van massaproductie enorme hoeveelheden betrouwbare horloges op de markt brachten, besloot Favre-Jacot grote sommen geld in zijn bedrijf te investeren.
Zijn eerste grote successen behaalde Favre-Jacot met het ‘Zenith’ horloge. Hiermee won hij de Grand Prix voor Chronometrie op de Wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs. Na het winnen van de prijs vernoemde Favre-Jacot zijn bedrijf naar zijn prijswinnende horloge. Vanaf nu ging het horlogemerk officieel verder als Zenith.
Favre-Jacot is de uitvinder van het concept ‘in-house movement’. Hiermee wordt bedoeld dat het gehele proces van horlogemaken in één werkplaats gebeurt. Favre-Jacot wilde namelijk het perfecte uurwerk creëren en hij geloofde dat dit alleen mogelijk was wanneer alle stappen in het productieproces onder één dak gebeurde. Dit idee staat tegenwoordig nog steeds symbool voor het hebben van volledige controle over de productie van horloges en wordt nog steeds toegepast door een aantal grote horloge merken, zoals Rolex.
Sindsdien heeft Zenith vele horlogemodellen geproduceerd en verkocht. Vandaag de dag produceert Zenith nog slechts 4 verschillende modellen. Defy, Chronomaster, Pilot en Elite